De raadsfractie van GroenLinks dient tijdens de raadsvergadering van 10 maart een motie Nuancering medewerkingsverplichting Taaleis in. Volgens de wet moeten mensen die een beroep doen op de bijstand aantonen, dat zij de Nederlandse taal voldoende beheersen. Wie dat niet kan moet een taaltoets afleggen en wie voor die toets zakt moet een taalcursus volgen. Als mensen niet of onvoldoende meewerken aan de taaltoets of de taalcursus dan kan een maatregel worden opgelegd in de vorm van een korting op de uitkering.

Om goed te kunnen participeren in de samenleving en het vinden of houden van een baan zijn taalvaardigheid en het beheersen van de Nederlandse taal van belang. Dat onderkent ook GroenLinks. Het dreigen met een maatregel vindt die partij echter een negatieve benadering van het probleem.

Volgens raadslid Math De Loo zou het accent moeten liggen op stimuleren in plaats van straffen. Hij heeft daarom een motie aangekondigd, waarin het college wordt opgeroepen om zorg te dragen voor drempelloos toegankelijke voorzieningen om de taal te kunnen leren, onder het motto ‘iedereen moet kunnen meedoen’. Tevens wordt in diezelfde motie gesteld, dat de regels genuanceerd worden toegepast en niet te lichtzinnig tot strafmaatregelen moet worden overgegaan. Mensen met een handicap of een onverwerkt trauma mogen niet de dupe worden van de harde hand. “Met een uitgestoken hand bereik je veel meer”, aldus Math De Loo.